De 11 geloofsovertuigingen die je moet weten over Jehovah’s Getuigen wanneer ze aan je deur kloppen

JWs

Vandaag beginnen we met een serie waarin we de verschillende hoofdreligies vanuit een Bijbels perspectief belichten. Vandaag staan we stil bij de Jehovah’s Getuigen. Later in deze serie komen ook de Islam, Boeddhisme, Hindoeïsme, Judaïsme en de mormonen aan bod. 

Dit artikel geeft een kort overzicht van wat Jehovah’s Getuigen geloven, samen met wat de Bijbel echt leert. Dit is ook in een van de bijlagen van de ESV Study Bible te vinden (geplaatst met toestemming).


1. De goddelijke naam.

Jehovah’s Getuigen geloven dat Gods enige ware naam – de naam waarmee hij moet worden geïdentificeerd – Jehovah is.

Bijbels gezien wordt God echter met vele namen geïdentificeerd, waaronder bijvoorbeeld:

  • God (Hb. ‘Elohim; Gen. 1:1),
  • De Almachtige (Hb. ‘El Shadday; Gen. 17:1),
  • Heer (Hb. ‘Adonay; Ps. 8:1), en
  • Heer der heerscharen (Hb. Yhwh tseba’ot; 1 Sam. 1:3).

In de NT-tijd verwees Jezus bijvoorbeeld ook naar God als “Vader” (Gk. Patēr; Matt. 6:9), net als de apostelen (1 Kor. 1:3).

2. De Drie-eenheid.

Jehovah’s Getuigen geloven dat de Drie-eenheid onbijbels is omdat het woord niet in de Bijbel voorkomt en de Bijbel benadrukt dat er één God is.

Hoewel het waar is dat er maar één God is (Jes. 44:6; 45:18; 46:9; Johannes 5:44; 1 Kor. 8:4; Jakobus 2:19), is het ook waar dat drie personen God genoemd worden in de Bijbel:

  • de Vader (1 Petr. 1:2),
  • Jezus (Johannes 20:28; Heb. 1:8), en
  • de Heilige Geest (Handelingen 5:3-4)

Elk van deze drie bezit eigenschappen van een godheid- inclusief

  • alomtegenwoordigheid (Ps. 139:7; Jer. 23:23-24; Matt. 28:20),
  • alwetendheid (Ps. 147:5; Johannes 16:30; 1 Kor. 2:10-11),
  • almacht (Jer. 32:17; Johannes 2:1-11; Rom. 15:19), en
  • eeuwigheid (Ps. 90:2; Heb. 9:14; Openb. 22:13).

Verder zijn alle drie betrokken bij het doen van de werken van een godheid – zoals het scheppen van het universum:

  • de Vader (Gen. 1:1; Ps. 102:25),
  • de Zoon (Johannes 1:3; Kol. 1:16; Heb. 1:2), en
  • de Heilige Geest (Gen. 1:2; Job 33:4; Ps. 104:30).

De Bijbel geeft aan dat er een drie-eenheid is in de godheid (Matt. 28:19; vgl. 2 Kor. 13:14).

De Bijbelse ondersteuning van de Drie-eenheid is dus zeer overtuigend.

3. Jezus Christus.

Jehovah’s Getuigen geloven dat Jezus door Jehovah is geschapen als de aartsengel Michael voordat de fysieke wereld bestond, en dat hij een kleinere, maar machtige god is.

Bijbels gezien is Jezus echter al eeuwig God (Johannes 1:1; 8:58; vgl. Ex. 3:14) en heeft hij exact dezelfde goddelijke natuur als de Vader (Johannes 5:18; 10:30; Heb. 1:3).

Inderdaad, een vergelijking van het OT en NT stelt Jezus gelijk aan Jehovah (vergelijk Jes. 43:11 met Titus 2:13; Jes. 44:24 met Kol. 1:16; Jes. 6:1-5 met Johannes 12:41 ).

Jezus zelf schiep de engelen (Kol. 1:16; vgl. Johannes 1:3; Heb. 1: 2, 10) en wordt door hen aanbeden (Heb. 1:6).

4. De incarnatie.

Jehovah’s Getuigen geloven dat toen Jezus op aarde werd geboren, hij slechts een mens was en niet God die in het vlees gekomen is.

Dit is in strijd met de bijbelse leer dat in Jezus “de gehele volheid van de godheid lichamelijk woont” (Kol. 2:9; vgl. Fil. 2:6-7).

Het woord voor “volheid” (Gk. Plērōma) draagt het idee in zich van het totaal van een som. En ‘Godheid’ (Gk. Theotēs) verwijst naar de aard, het wezen en de eigenschappen van God.

Daarom was de geïncarneerde Jezus de totale optelsom van de aard, het wezen en de eigenschappen van God in lichamelijke vorm.

Jezus was inderdaad Immanuel, ‘God met ons’ (Matt. 1:23; vgl. Jes. 7:14; Johannes 1:1, 14, 18; 10:30; 14:9-10).

5. Opstanding.

Jehovah’s Getuigen geloven dat Jezus geestelijk uit de dood is opgewekt, maar niet fysiek.

In de Bijbel beweerde de opgestane Jezus echter dat hij niet alleen een geest was, maar een lichaam van vlees en bloed (Lucas 24:39; vgl. Johannes 2:19-21).

Hij at verschillende keren voedsel en bewees daarmee dat hij na de opstanding een echt fysiek lichaam had (Luke 24:30, 42-43; Johannes 21:12-13).

Dit werd bevestigd door zijn volgelingen die hem fysiek aanraakten (Matt. 28:9; Johannes 20:17).

6. De Tweede Komst.

Jehovah’s Getuigen geloven dat de wederkomst een onzichtbare, geestelijke gebeurtenis was die plaatsvond in het jaar 1914.

Bijbels gezien zal de nog toekomstige wederkomst echter fysiek en zichtbaar zijn (Handelingen 1:9-11; vgl. Titus 2:13), en zal het samengaan met zichtbare kosmische gebeurtenissen (Matt. 24:29-30). Ieder oog zal hem zien (Openb. 1:7).

7. De Heilige Geest.

Jehovah’s Getuigen geloven dat de Heilige Geest een onpersoonlijke kracht van God is en geen afzonderlijke persoon.

Bijbels gezien heeft de Heilige Geest echter de drie belangrijkste eigenschappen van een persoonlijkheid:

  • eigen gedachten (Rom. 8:27),
  • emoties (Ef. 4:30) en
  • een eigen wil (1 Kor. 12:11).

Bovendien worden persoonlijke voornaamwoorden voor hem gebruikt (Handelingen 13:2). Ook doet hij dingen die alleen een persoon kan doen, waaronder:

  • onderwijzen (Johannes 14:26),
  • getuigen (Johannes 15:26),
  • uitzenden (Handelingen 13:4),
  • het geven van opdrachten (Handelingen 8:29), en
  • voor ons pleiten (Rom. 8:26).

De Heilige Geest is de derde persoon van de Drie-eenheid (Matt. 28:19).

8. Verlossing.

Jehovah’s Getuigen geloven dat verlossing geloof in Christus vereist, en een verbondenheid met Gods organisatie (d.w.z. hun religie) en gehoorzaamheid aan de regels ervan.

Bijbels gezien maakt het stellen van gehoorzaamheid aan regels als een vereiste voor redding het evangelie teniet (Gal. 2:16-21; Kol. 2:20-23). Redding is volledig gebaseerd op Gods onverdiende gunst (genade), niet op de prestatie van de gelovige.

Goede werken zijn de vrucht of het resultaat, niet de basis, van redding (Ef. 2:8-10; Titus 3:4-8).

9. Twee Verloste Volken.

Jehovah’s Getuigen geloven dat er twee volken van God zijn: (1) de Gezalfde Klasse (144.000) zal in de hemel leven en met Christus regeren; en (2) de ‘andere schapen’ (alle andere gelovigen) zullen voor altijd op een paradijsaarde leven.

Bijbels wacht er echter een hemelse bestemming voor iedereen die in Christus gelooft (Johannes 14:1-3; 17:24; 2 Kor. 5:1; Fil. 3:20; Kol. 1:5; 1 Thess. 4:17 ; Heb. 3:1), en dezelfde mensen zullen ook op de nieuwe aarde wonen (2 Pet. 3:13; Openb. 21:1-4).

10. Geen immateriële ziel.

Jehovah’s Getuigen geloven niet dat mensen een immateriële natuur hebben. De “ziel” is eenvoudigweg de levenskracht in een persoon. Bij de dood verlaat die levenskracht het lichaam.

Bijbels is het woord ‘ziel’ echter veelzijdig. Een belangrijke betekenis van de term is het immateriële zelfbewustzijn van de mens dat voortleeft na het lichamelijke sterven (Gen. 35:18; Openb. 6:9-10). Ongelovigen ervaren bewuste kwelling (Matt. 13:42; 25:41, 46; Luke 16:22-24; Openb. 14:11) terwijl gelovigen een bewuste gelukzaligheid in de hemel ervaren (1 Kor. 2:9; 2 Kor. 5:6-8; Fil. 1:21-23; Openb. 7:17; 21:4).

11. Hel.

Jehovah’s Getuigen geloven dat de hel geen plaats van eeuwig lijden is, maar eerder het gemeenschappelijke graf van de mensheid. De goddelozen worden vernietigd – voor altijd uit hun bewuste bestaan weggeblazen.

Bijbels is de hel echter een plaats van bewust, eeuwig lijden (Matt. 5:22; 25:41, 46; Judas 7; Openb. 14:11; 20:10, 14).

Dit is een vertaling van het artikel ‘The 11 Beliefs You Should Know about Jehovah’s Witnesses When They Knock at the Door‘ van Justin Taylor op thegospelcoalition.org.


10 reacties op ‘De 11 geloofsovertuigingen die je moet weten over Jehovah’s Getuigen wanneer ze aan je deur kloppen

  1. Inderdaad leerzaam, maar bij mij bliezen ze al twee de aftocht toen ik met vuur en kracht mijn getuigenis gaf. Inmiddels kwam ik er achter, dat ze ook geen blijvend contact met “andersgelovigen” mogen hebben. Ze komen bij mij ook nooit meer aan de deur.

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s