
Vandaag gaan we verder met de serie waarin we verschillende hoofdreligies Bijbels belichten. Eerder stonden we al stil bij de Islam, Jehovah’s Getuigen, het Welvaartsevangelie en de Katholieke Kerk. Deze keer staan we stil bij de Mormonen en wat zij geloven.
Later in deze serie komen ook het Boeddhisme, Hindoeïsme, Judaïsme, de zevende dag adventisten en anderen aan bod.
De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (de kerk van de Mormonen) werd in 1830 opgericht door Joseph Smith Junior en heeft momenteel wereldwijd meer dan 15 miljoen leden.
Dit artikel geeft een kort overzicht van wat Mormonen geloven, samen met wat de Bijbel echt leert. Dit is ook in een van de bijlagen van de ESV Study Bible te vinden (geplaatst met toestemming).
1. Afval en herstel
Mormonen geloven dat met het overlijden van de apostelen het apostolisch gezag en de juiste leer is weggevallen. En dit wordt door de leden van de Kerk als de voorspelde Grote Afval beschouwd. Ze geloven dat oud- en nieuwtestamentische profeten zowel de grote afval maar ook een herstel van de oorspronkelijke kerk hebben voorspeld. Op 15 mei 1829 zou de opgestane Johannes de Doper aan Joseph Smith en Oliver Cowdery zijn verschenen om hen de priesterschapsbevoegdheid te verlenen om te dopen. Enige tijd later zouden Petrus, Jakobus en Johannes ook aan hen zijn verschenen om hen het apostolisch gezag te verlenen zodat de oorspronkelijke Kerk van Christus kon worden hersteld. Ze geloven dus dat de Mormoonse Kerk (opgericht in 1830) die “herstelde kerk” is.
Maar als de Mormoonse Kerk echt die ‘herstelde kerk’ is zou je verwachten dat er ook historische bewijzen uit de eerste eeuw gevonden zouden zijn die de Mormoonse leerstellingen bewijzen. Zoals bijvoorbeeld het geloof dat er een veelheid aan goden is en dat God de Vader ooit een mens was. Maar dergelijk bewijs ontbreekt volledig.
Bovendien leert de Bijbel dat er geen totale afval zal komen (bijv. Matt. 16:18; 28:20; Ef. 3:21; 4:11-16). De Bijbel waarschuwt in plaats daarvan voor een gedeeltelijke afval (bijv. 1 Tim. 4:1).
2. De vier boeken van de Mormonen
Mormonen beschouwen vier boeken als het woord van God:
- De Bijbel: zowel het Oude Testament als het Nieuwe Testament.
- Het Boek van Mormon: Smith kreeg naar eigen zeggen instructies van verschillende engelen. Een van de belangrijkste engel die aan Smith zou zijn verschenen, was Moroni. Volgens Smith had Moroni een verslag begraven, waarin zijn vader, Mormon, de geschiedenis van zijn Indiaanse voorouders had samengevat. Smith werd naar dit boek geleid, vertaalde het en publiceerde dit in maart 1830 als “Het Boek van Mormon”. Mormonen beschouwen het Boek van Mormon als een tweede getuige van de goddelijkheid van Jezus Christus, samen met de Bijbel.
- De Leer en Verbonden: een bundel van hedendaagse openbaringen. De meeste openbaringen werden aan de profeet Joseph Smith gegeven.
- De Parel van Grote Waarde: vertalingen van oude manuscripten die het boek van Abraham en het boek van Mozes bevatten. Verder bevat het nog stukken over de kerkgeschiedenis van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Ze zijn allemaal geschreven door de profeet Joseph Smith.
Voor mormonen bevatten deze vier boeken allemaal het woord van God en daarmee dus alle vier gezaghebbend. Er is geen voorkeursvolgorde in deze boeken, maar het Boek van Mormon krijgt natuurlijk wel veel aandacht omdat het een boek is dat uniek is als schriftuur voor De Kerk van de Mormonen.
Het moge duidelijk zijn dat dit niet samengaat met wat de Bijbel leert. De Bijbel, als Woord van God, is de enige gezagsbron voor ons geloof en de praktijk van het leven als christen. De Bijbel is onfeilbaar, foutloos en genoegzaam. Er mag niets vanaf gehaald of toegevoegd worden.
(Deut. 4:2; Ps. 12:7; 119:96; Spr. 30:5; Jes. 40:8; Matt. 24:35; Joh. 17:17; 1 Pet. 1:23-25; 2 Pet. 3:16; 1 Tim. 5:18; 2 Tim. 3:15-17; Judas 3; Op. 22:18-19)
2. God
Mormonen beweren dat God de Vader zelf ooit een man was en dat hij vervolgens tot goddelijkheid is bevorderd. Dat wil zeggen, hij is als mens verheven, onsterfelijk met een lichaam van vlees en bloed zoals een mens.
Op basis van de Bijbel is God natuurlijk geen mens en is Hij dat ook nooit geweest (Num. 23:19; Hos. 11: 9). Hij is Geest (Johannes 4:24), en een geest is niet van vlees en bloed (Lucas 24:39).
Bovendien is God eeuwig (Ps. 90: 2; 102: 27; Jes. 57:15; 1 Tim. 1:17) en onveranderlijk (of onveranderlijk in zijn wezen en volmaaktheden; zie Ps. 102:25-27; Mal. 3:6). Hij is niet ‘bevorderd’ naar goddelijkheid, maar is altijd God geweest.
3. Polytheïsme
Mormonen geloven dat de Drie-eenheid niet uit drie personen in één God bestaat, maar uit drie verschillende goden. En volgens het mormonisme zijn er naast deze drie, potentieel nog vele duizenden goden.
Maar het vertrouwen in, of het aanbidden van meer dan één God wordt in de hele Bijbel expliciet veroordeeld (bijv. Ex.20:3).
Er is maar één ware God (Deut.4:35, 39; 6:4; Jes.43:10; 44:6, 8;45:18; 46:9; 1 Kor.8:4; Jakobus 2:19) ), die eeuwig in drie personen bestaat – de Vader, de Zoon en de Heilige Geest (Matt. 28:19; 2 Kor. 13:14).
4. Verheerlijking van mensen
Mormonen geloven dat mensen, net als God de Vader, een proces van verhoging tot goddelijkheid kunnen doormaken.
Maar de Bijbel leert dat het verlangen om goddelijk te zijn juist leidde tot de val van de mensheid (Gen. 3:4 e.v.). God kijkt met afkeuring naar mensen die pretenderen goddelijk te zijn (vergelijk Hand. 12:21-23 met 14:11-15). God wil dat mensen nederig erkennen dat ze zijn schepselen zijn (Gen. 2:7; 5:2; Ps. 95:6-7; 100:3). De staat van de gelovigen in de eeuwigheid zal er een zijn van glorieuze onsterfelijkheid, maar zij zullen voor altijd Gods schepselen blijven, aangenomen als zijn kinderen (Rom. 8:14-30; 1 Kor. 15:42-57; Openb. 21:3-7). Gelovigen zullen nooit goden worden.
5. Jezus Christus
Mormonen geloven dat Jezus Christus het eerstgeboren geestkind van de hemelse Vader en een hemelse Moeder was die bevorderde tot een godheid in de geestenwereld.
Hij werd later lichamelijk verwekt in de schoot van Maria, als de letterlijke ‘eniggeboren’ Zoon van God de Vader in het vlees (hoewel veel hedendaagse mormonen enigszins vaag blijven over hoe dit gebeurde).
De Bijbel maakt echter duidelijk dat Jezus de unieke, eniggeboren, Zoon van de Vader is voor alle eeuwigheid, met dezelfde Goddelijke natuur als de Vader (Joh. 1:14; Joh. 1:18; 3:16, 18; Joh. 5:18; 10:30).
Bovendien is hij een eeuwige godheid (Johannes 1:1; 8:58) en is hij onveranderlijk (Hebr. 1:10-12; 13:8), wat betekent dat hij niet tot een godheid is geëvolueerd, maar altijd God is geweest.
6. Drie koninkrijken
Mormonen geloven dat de meeste mensen zullen eindigen in een van de drie koninkrijken van glorie, afhankelijk van iemands niveau van trouw. Geloof in Christus, of zelfs in God, is niet nodig om onsterfelijkheid te verkrijgen in een van deze drie koninkrijken, en daarom zullen alleen de meest spiritueel perverse mensen in de hel belanden.
Maar de Bijbel leert dat mensen slechts twee mogelijkheden hebben voor hun eeuwige toekomst: de gelovigen zullen genieten van een eeuwige leven bij God in de nieuwe hemelen en de nieuwe aarde (Fil. 3:20; Openb. 21:1-4; 22:1-5) ), terwijl de ongelovigen de eeuwigheid in de hel zullen doorbrengen (Matt. 25:41, 46; Openb. 20:13-15).
7. Zonde en verzoening
Mormonen geloven dat Adams overtreding een nobele daad was die het voor mensen mogelijk maakte sterfelijk te worden, een noodzakelijke stap op het pad naar de verhoging tot goddelijkheid.
Ze denken dat de verzoening van Christus voor vrijwel alle mensen onsterfelijkheid verzekert, of ze zich nu bekeren en geloven of niet.
Bijbels gezien was er echter niets nobels aan Adams zonde, die geen springplank naar goddelijkheid was, maar niets anders dan zonde, ellende en de dood voor de mensheid bracht (Gen. 3:16-19; Rom. 5:12-14). Jezus heeft verzoening aan het kruis bewerkt voor de zonden van allen die op Hem vertrouwen voor redding (Jes. 53:6; Joh. 1:29; 2 Kor. 5:21; 1 Petr. 2:24; 3:18; 1 Joh. 2:2; 4; 10).
8. Redding
Mormonen geloven dat God aan (vrijwel) iedereen een algemene redding geeft met een onsterfelijk leven in een van de hemelse koninkrijken. Dit is hoe zij redding door genade begrijpen. Geloof in Christus is alleen nodig om toegang tot het hoogste koninkrijk te verkrijgen – waarvoor niet alleen geloof, maar ook deelname aan mormoonse tempelrituelen en gehoorzaamheid aan de ‘wetten van het evangelie’ een vereiste zijn.
Maar Bijbels gezien moet redding door genade ontvangen worden door geloof in Christus (Joh. 3:15-16; 11:25; 12:46; Hand. 16:31; Rom. 3:22-24; Ef. 2:8-9), en alle ware gelovigen wordt eeuwig leven beloofd in Gods tegenwoordigheid (Matt. 5:3-8; Joh. 14:1-3; Op. 21:3-7).
Dit is een vertaling van het artikel ‘The 8 Beliefs You Should Know about Mormons When They Knock at the Door‘ van Justin Taylor op thegospelcoalition.org.
Jeremia 17: 5 – 8
“Zo zegt de Here: Vervloekt is de man die op een mens vertrouwt en vlees tot zijn arm stelt, wiens hart van de Here wijkt; hij toch zal zijn als een kale struik in de steppe, die het niet merkt, als er iets goeds komt, maar staat in dorre oorden in de woestijn, een ziltachtig, onbewoond land. Gezegend is de man die op de Here vertrouwt, wiens betrouwen de Here is; hij toch zal zijn als een boom, aan het water geplant, die zijn wortels tot aan een beek uitslaat, en het niet merkt, als er hitte komt, maar welks loof groen blijft, die in een jaar van droogte geen zorg heeft en niet nalaat vrucht te dragen.”
LikeLike